50 jaar STENA DANICA – Danica I

Engeland | 1 reactie

Op 24 juni 2015 was het precies 50 jaar geleden dat de ferry Stena Danica in 1965 op de route Göteborg – Frederikshavn begon te varen. Door jaren heen hebben er vier versies van de Stena Danica bestaan. Via een reeks van vier artikelen op ons blog over het 50-jarige bestaan van de Stena Danica willen we je meer vertellen over de vier ferry´s die onder deze naam dienst deden. Het eerste artikel gaat over de allereerste versie van de Stena Danica en is geschreven door Anders Bergenek en Rickard Sahlsten.

24 juni 1965 begon de jonge rederij Stena te varen van Göteborg naar Frederikshavn met de ferry Stena Danica. Het beginpunt van deze reis was de Stenpier in het centrum van de Göteborg. Het Stena Danica concept was het resultaat van een aantal briljante marketingzetten die vandaag de dag misschien wat vreemd kunnen lijken, en om ze te begrijpen moeten we 50 jaar terug in de tijd.

50 jaar lang hebben de mensen uit Göteborg en andere plaatsen hun dagcruise naar Frederikshavn kunnen maken met Stena Line, genietend van eten en drinken, de frisse zeelucht en artikelen in de winkel om met een beetje meer energie terug te keren naar het dagelijkse leven. Velen geloven dat dit concept verdween toen de belastingvrije verkoop verdween. Dat is echter niet het geval. Een dagcruise met Stena Danica naar Frederikshavn is voor de meeste Göteborgers en anderen uit de regio nog steeds iets simpels, vanzelfsprekends en leuks. Iets wat vandaag de dag nog steeds veel passagiers doen. Wij vertellen jullie hoe het allemaal begon – en hoe het verder ging.

Stena Danica foto's uit 1965 op zee en langs de kade

Na ongeveer een jaar met passagiersverkeer over het Kattegat zag Sten A. Olsson in dat er grotere schepen met autodekken nodig waren om een serieuze rederij te ontwikkelen en uit te breiden. De successen met passagiersverkeer op de route naar Skagen en Frederikshavn moedigden aan om de concurrentie met de geëtableerde Sessanlinjen aan te gaan. Het succesvolle jaar 1963 smaakte naar meer en in de lente van 1964 was Sten A. Olsson klaar om de Skagenlinjen uit te breiden tot een veerbootrederij en bestellingen te plaatsen voor zijn eerste autoferry’s

De nieuwe Stena Danica die het jaar daarna werd geleverd wekte veel belangstelling toen ze naar Göteborg kwam. De rode schoorsteen in combinatie met een aanlegplaats midden in de stad betekende een sterke en duidelijke boodschap – de stad had er een nieuwe, offensieve ferryrederij bij. Al toen de Skagenlinjen haar werkzaamheid serieus op gang begon te brengen in de lente van 1963 had Stena een effectieve marketing om een populaire en gewaardeerde identiteit te creëren. Alle gecharterde vaartuigen kregen het nieuwe schoorsteenlogo met een gestileerde ‘S’ die eindigt in een boot.

Dit duidelijke symbool was geschilderd op een brede rode band, die op zijn beurt een een witte rand had op de achtergrond van de zwarte schoorsteen. Het logo was al in begin 1963 ontworpen door Knud E Hansen’s architect Tage Wagnborg in overleg met Stena’s technische directeur Helge Olofsson. Helge Olofsson vertelt zeer veel later dat de helderrode kleur geïnspireerd was door de kleur van de kano die hij in zijn jeugd zelf gebouwd had. Het rood-witte schoorsteenlogo voelde Deens in Denemarken, en een ‘S’ op een rode achtergrond werd ook als aanlokkelijk beschouwd in Zweden, wat op dat moment nog sterk gekenmerkt was door de naoorlogse sociaaldemocratie. Toegankelijk en open voor iedereen, dat was de boodschap die direct tot in het hart van alle Göteborgers ging.

Sten A. Olsson had in 1963 zijn eerste ervaring opgedaan met het vervoeren van voertuigen met Isefjord op de route Nakskov-Kiel. Maar dit was een oude ferry met een beperkt kapitaal. Het bouwen van een nieuwe ferry betekende een grote investering die alleen mogelijk was als er genoeg inkomsten kwamen uit verkeer het hele jaar door. Een ferry had niet de flexibiliteit van een passagiersvaartuig om op korte termijn ingezet te kunnen worden op verschillende routes. Het vereiste een andere aanlegplaats in de haven om te kunnen laden en lossen en er was tijd nodig om een laadvlak op te bouwen. Het ferryverkeer miste de flexibiliteit die tot nu toe tot het succes van de Skagenlinjen had geleid. Maar Sten A. Olsson was onbevreesd.

Een nieuwe veerboot

De technische afdeling van Stena begon al in 1963 onder leiding van de technische chef Helge Olofsson met het tekenen van moderne autoferry’s voor de Denemarken-lijn. Al het jaar daarop was Sten A. Olsson klaar om de Skagenlinjen te ontwikkelen tot een ferryrederij en bestellingen te plaatsen voor de eerste autoferry’s. Dit was geen halfslachtige poging. Eerst werd in Noorwegen een kleine autoferry voor de lijn Nakskov-Kiel besteld. De opdracht om twee Denemarken-ferry’s te bouwen ging vervolgens in februari 1964 naar de Franse werf Ateliers et Chantiers de la Seine-Maritime I Le Trait vlak buiten Rouen. De oplevering werd gepland voor de lente van 1965. De basistekening was een verkleinde maar verbeterde versie van een ferrytype wat Knud E. Hansen had ontwikkeld voor meerdere Deense, Zweedse en Noorse rederijen. Typisch voor de constructie was dat het trappenhuis, liften en machine-behuizing aan de zijkanten van het vaartuig geplaatst werden. De autodekken werden op die manier open en makkelijk te laden.

Stena Danica foto's uit 1965 in Göteborg en op zee

Stena had op dat moment geen eigen ervaring van het bouwen van autoferry’s. Het is geen geheim dat Helge Olofsson meerdere blikken wierp op de bouw van de autoferry Scania, die op dat moment plaatsvond bij Uddevallavarvet voor de Svea-Group in Stockholm. Stena’s nieuwe in Frankrijk gebouwde ferry’s kregen een vergelijkbare constructie en dezelfde dimensies als de Scania. 1964 was dus een gigantische inzet van Stena op het gebied van veerboten. De rederij bestelde ook twee grote Duitsland-ferry’s in Noorwegen. Als alle vaartuigen in gebruik zouden worden genomen betekende dit dat Stena verreweg Zwedens grootste ferryrederij zou zijn! De eerste levering van de Franse werf was de Stena Danica. Zij werd op 4 mei gelanceerd en kwam op 21 juni 1965 aan in haar thuishaven. De constructie was gebouwd voor een maximale hoeveelheid zitplaatsen in commerciële ruimtes zoals een restaurant, cafetaria en cocktailbar.

De ferry werd door een van haar bevelhebbers omschreven als “een ferry zonder achterkant”. De bemanning en het servicepersoneel hadden het tastbaar krap aan boord, wat niet werd gezien als een groot probleem in een omgeving die sterk werd gekenmerkt door pioniersgeest. De interieurarchitect Robert Tilberg (inmiddels wereldwijd marktleider in maritieme architectuur en interieur design) in Viken kreeg de opdracht om, in tegenstelling tot de bemanningsruimtes, een aanlokkelijke ruimtes te creëren voor de passagiers met bijna 600 zitplaatsen. Zo gebruikte hij edele houtsoorten en textiel met heldere kleuren. De passagiers moesten voelen dat ze gasten waren in een luxe omgeving, die voortdurend lokte tot kopen en plezier maken. Sten A. Olssons ambities met de nieuwe ferry’s stonden duidelijk in verhouding tot de bedrijfsfilosofie van de rederij.

Een zusterschip van de Stena Danica met de naam Stena Nordica werd in juni 1965 opgeleverd. Het was duidelijk dat de rederij nu beoordeelde dat er nog geen plaats was voor twee autoferry’s op de Frederikshavn-route. Nadat vele verschillende verkeersprojecten bestudeerd waren eindigde Stena Nordica op een nieuwe lijn over het Engelse Kanaal tussen Calais en Tilbury.


Toenemende concurrentie

Stena Danica voer vanaf 24 juni 1965 tussen Göteborg-Frederikshavn met twee ritten per dag in beide richtingen. Deze ferry begon de jarenlang zeer populaire “frisse morgenrit” met vertrek om 08:30u. Stena’s boten waren binnen korte tijd intiem verbonden geraakt met winkelen en plezier. Het zou een aantal jaar duren voordat de investering in auto- en vrachtwagentransport dit stapsgewijs zou veranderen. En het image van plezier zal altijd een deel blijven van de herinneringen van de Göteborgers, en nooit helemaal verdwijnen. In 1965 voer de Sessanlinjen met twee in principe nieuw gebouwde ferry’s op de Göteborg-Frederikshavn route. Het verkeer met winkelreizen van Skagenlinjen tussen Göteborg en Skagen irriteerde de eerbiedwaardige rederij, maar werd in het begin nog niet als een bedreiging gezien voor het eigen “serieuze” ferryverkeer. De Sessanlinjen zag zichzelf  als een rederij voor een ander klantensegment en de grote hoeveelheid verkeer van en naar Göteborg leek in deze tijd genoeg te zijn voor beide rederijen.

Stena Danica ticket en brochure uit 1965

Om een deel van het nieuwe plezierverkeer te bemachtigen kocht de Sessanlinjen in 1963 een oude stoomboot Regin van de Svea-Group, die onder de naam Prinsessan Regina werd ingezet voor dagreizen tussen Göteborg en Frederikshavn. De Sessanlinjen had op deze manier kunnen concurreren met ongeveer hetzelfde populaire verkeersconcept dat Skagenlinjen gebruikte, maar niet met hetzelfde grote aanbod. Door de inzet van de nieuwe Stena Danica in 1965 vochten de rederijen plotseling om dezelfde reizigers en transportklanten. Op de ferry’s van beide rederijen was het aantal zitplaatsen aan boord, en ook de capaciteit van het autodek, vergelijkbaar – ondanks dat de ferry’s van Sessanlinjen  meer dan 20 meter langer waren.

Stena Line was plotseling een rederij geworden die de traditionele Sessanlinjen zeer serieus moest nemen. De investering in de autoferry Stena Danica betekende een krachtige verhoging in efficiëntie vergeleken met het verkeer op de eerdere passagiersvaartuigen, wat nu in principe ophield. Meerdere vaartuigen werden vervangen door een ferry, die bovendien een grote capaciteit had om geld te verdienen via haar autodek. Als het verkeer de verhoogde kapitaalkosten kon dragen waren er goede voorwaarden om een hogere winst te behalen dan eerder.

Stena Danica wordt ingezet

Toen de Stena Danica werd ingezet veranderde de merknaam van Skagenlinjen naar Stenalinjen. De naam Stena was al gevestigd door Stena Metall. Het begrip Stenalinjen betekende dat de saamhorigheid met het moederconcern duidelijk werd gemarkeerd. De ferry’s van Stenalinjen namen het elegante schoorsteenlogo en de kleuren over van Skagenlinjens vaartuigen. Wat betreft de namen van de vaartuigen werd er een nieuwe traditie gestart. De boten van Skagenlinjen zoals Poseidon en Afrodite, hadden namen uit de Griekse mythologie. Namen als Danica en Germanica hadden echter Latijnse vrouwelijke invloeden. Deze manier om vaartuigen te benoemen, bedacht door Helge Olofsson, was geheel nieuw en geniaal daar dit het merk wat later Stena Line zou worden alleen maar versterkte. Een intensieve reclamecampagne in kranten, vooral in de Göteborgs Posten, hielp om de nieuwe rederij in het bewustzijn van de jonge bevolking van Göteborg te plaatsen. Er werd gelokt met alles van koffie en dameskousen tot dans met livemuziek, zangers en heerlijke cocktails. Welkom aan boord! Het werd leuk en spannend om met Stena te reizen vanuit de Stenpiren.

Stena Danica brochure uit 1965

De marketing leidde ook tot tegenreacties. Er waren Göteborgers die de nieuwe, gewaagde en jeugdige marketing maar niks vonden, en meer dan ooit voor de klassieke rederij Sessanlinjen gingen en die aan de ontbijttafel en tijdens de lunch zwoeren nooit een voet te zetten op een Stena-boot. Traditionalisten stonden tegenover modernisten. Hoe je het ook bekeek, er stond een nieuw tijdperk voor de deur.

Een probleem voor Stena was dat de Stenpiren niet gebouwd was om voor de grote hoeveelheden auto’s en vrachtwagens. Stena Danica werd daardoor gedwongen om, na afvaart van de Stenpiren, de Sannegårdshaven binnen te lopen om vrachtauto’s te laden. Toen de terminal in de Skandiahaven klaar stond voor de route naar Kiel in april 1967 werd de vrachthantering daarheen verhuisd. Na een verbouwing van de Stenpiren in verband met een hogere verkeersdichtheid in de herfst van 1967 kreeg de rederij zo langzaamaan een betere plaats voor het laden en lossen van ferry’s. Ook kon al het autoverkeer via de Stenpiren geladen worden, met een effectievere tijdtabel als gevolg. Hoe dan ook werd de route met de Stena Danica een succes. De dagjesreizigers bleven de ferry´s van Stenalinjen vullen, en het vrachtwagenverkeer werd snel zeer succesvol. Stena Danica‘s autodek was 35 cm hoger gemaakt dan dat van de ferry’s van Sessanlinjen. In de tweede helft van de jaren 60 werden vrachtauto’s hoger en een gedeelte kon daardoor niet langer op de ferry’s van Sessanlinjen varen.

Meer weten over de Stena Danica? Lees dan ook de blogposts over de Stena Danica II, Stena Danica III en Stena Danica IV.